Meijer Pijpeman
Er is weinig te vinden over het gezin Pijpeman. De paar zaken die ik kon vinden, zal ik hier vermelden.
Meijer is de zoon van Wolf en Henriette Pijpeman-Jacobs. Meijer heeft een vijf jaar jongere broer en zus; de tweeling Flora en Juda.
Voor de oorlog en in het eerste deel van de oorlog gaat Meijer naar de school aan de Draaiweg 29 (tegenwoordig 51). Het gezin woont in een klein huisje aan de Verenigingstraat 48 in een arme wijk van Utrecht. Vader Wolf is koopman, maar waarin hij handelt is onduidelijk. In september 1941 mag Meijer niet meer naar zijn school op de Draaiweg, maar moet anderhalve maand wachten tot er in Utrecht een Joodse school gesticht is. Hij is ingeschreven op de leerlingenlijst van die school:
Het is bizar dat Meijer eerst niet meer naar zijn school op de Draaiweg mag, maar dat in november 1942 de Joodse school verplaatst wordt naar het zelfde gebouw aan de Draaiweg 29. Nu zit hij in hetzelfde gebouw, maar op de joodse afdeling; gescheiden van zijn voormalige klasgenoten.
Uit de kaart van vader Wolf kan ik enkele conclusies trekken. Eind april 1943 moest Utrecht 'Judenfrei' zijn. De joodse mensen die nog niet gedeporteerd zijn, krijgen een oproep om zich voor 22 april te melden in kamp Vught. Op de kaarten van het gezin Pijpeman is te zien dat zij op die datum allemaal aankomen in Vught.
De omstandigheden in Vught zijn verschrikkelijk. Kinderen worden gescheiden van hun ouders; er is weinig eten; er zijn besmettelijke ziektes en de bewakers zijn wreed. Op 6 juni komt het bevel dat alle kinderen die in Vught verblijven naar Westerbork overgebracht worden. Moeder Henriette en haar drie kinderen gaan met dat transport mee. Vader Wolf weet van niets. Moeder en haar kinderen zijn geregistreerd in Westerbork en gaan meteen op transport naar Sobibor waar Meijer, zijn moeder en de tweeling meteen na aankomst vergast worden.
Vader Wolf Pijpeman gaat later, in september 1943 van kamp Vught naar Westerbork. Als hij daar zich net geïnstalleerd heeft, gaat hij 14 september op de trein naar Auschwitz. Kennelijk wordt hij daar geselecteerd voor werk in een van de fabrieken in de omgeving, want hij houdt het nog een paar maanden vol, tot hij op 7 december 1943 overlijdt.
