Levie (roepnaam Loekie) Hofstede
Even kennismaken met de kinderen Hofstede. [1] Achter: Sara en Lea Kaatje. Voor: de tweeling Mirjam en Levie.
Levie (roepnaam Loekie) is een leerling van de Joodse school waarover ik twijfel hoe lang hij die  school bezocht heeft. Op zijn registratie als leerling van de Joodse school wordt het duidelijk dat hij een wees is en verblijft in het Centraal Israëlitisch Weeshuis op de Nieuwe Gracht 92. Dat klopt ook met een document dat ik vond in het Archief van het Centraal Israëlitisch Weeshuis in het Stadsarchief Amsterdam. [2] 
Daarin staat 'Levie Hofstede uit Den Bosch - moederloos' dat klopt want zijn moeder, Bertha Bouman, is op 16 juni 1941 overleden. [3]
Vader Isaak was dus weduwnaar met drie dochters een een zoon. En hij had een kosjere slagerij op de Kruisstraat 21 waar het door de anti-joodse maatregelen steeds moeilijker werd. Een paar maanden na de dood van zijn vrouw werd zijn enige zoon 13 jaar. Dat is het moment dat hij volgens de joodse traditie 'volwassen' wordt. Hij mag zijn Bar Mitswa vieren. [3a]
Zijn oudste twee dochters kunnen hem helpen, ook door als 'dagmeisje' in andere joodse gezinnen te gaan helpen. Maar Levie... vader zit met z'n handen in het haar en besluit Levie naar het Centraal Israëlitisch Weeshuis te sturen. Wanneer hij daar precies is ingeschreven is onduidelijk. [4]  
De twee oudste dochters, Sara en Lea Kaatje hadden een dienstje en zij hebben zich gemeld toen zij een oproep kregen om zich te melden in Westerbork. Het resultaat: Sara is al op 30 september 1942 vergast in Auschwitz en Lea Kaatje was 17 toen zij op 9 juli 1943 in Sobibor vermoord werd.
Kennelijk had vader Isaak door dat hij moest onderduiken. Onduidelijk wanneer hij precies Levie opgehaald heeft uit het Centraal Israëlitisch Weeshuis aan de Nieuwegracht. Maar samen met zijn tweelingzus en zijn vader zijn zij ondergedoken in Den Haag. Na de oorlog vertelt tweelingzus Mirjam wat er gebeurde. Zij heeft de oorlog overleefd omdat zij als 14-jarige een dienstje had in Rijswijk. [6] Vader Isaak en Levie zitten ondergedoken. Dochter Mirjam getuigt na de oorlog: Isaak wordt door zijn onderduikgevers financieel uitgekleed en uiteindelijk ook verraden.
Bij toeval komt Marianne terecht bij de Haagse onderduikgevers die haar vader hebben verraden, maar die zich nu kennelijk willen indekken tegen represailles. Ze wordt er slecht behandeld, maar overleeft de oorlog als enige van het gezin Hofstede.
Levie (14 jaar) is samen met vader Isaak (76 jaar) op 9 juli 1943 in de gaskamer samen met ongeveer 1200 andere joden vergast. Binnen twee uur na aankomst van de trein in Sobibor, waren vrijwel alle joden uit te trein vergast. Het vergassen zelf duurde ongeveer 20-30 minuten.




