Harry Swaab

Vader Jacob is diamantbewerker  en dat zat in de familie, want ook de opa van Harry, Samuel Swaab was diamantbewerker . Vader en opa, waren allebei lid van de eerste, moderne vakbond in Nederland de ‘Algemene Nederlandse Diamantbewerkersbond’.

Harry staat, als de cartotheek van de Joodse Raad wordt gemaakt , ingeschreven bij zijn ouders en broer op de Tugelaweg 13 I in Amsterdam.

Maar in januari 1942 wordt hij aangemeld op de Joodse school in Utrecht met als adres Beverstraat 38 in Utrecht. Waarschijnlijk woont hij daar tijdelijk bij familie van zijn vader, want op dat adres woont Nathan Swaab met zijn vrouw en vijf kinderen.

Hoe lang heeft Harry daar gewoond heeft is niet duidelijk. In februari 1943 woont hij weer bij zijn ouders op de Tugelaweg 13 I in Amsterdam. Zijn oudere broer Samuel wordt in 1942 opgepakt en is op 30 september in Auschwitz vermoord.

Harry gaat, samen met zijn vader en moeder op 17 februari 1943 op transport naar kamp Vught. Omdat kamp Vught vol raakt met moeilijk te onderdrukken jonge kinderen, besluiten de Duitsers tot een zogenaamd Kindertransport. Op 7 juni 1943 wordt Harry samen met zijn ouders overgebracht naar Westerbork. De volgende dag, op 8 juni, gaan ze met het Kindertransport naar Sobibor. De trein bestaat uit 46 veewagens, met in elke wagon gemiddeld 63 mensen. Het zijn vooral moeders met hun kinderen: slechts 613 mannen, 1350 vrouwen en 1051 kinderen tot en met 16 jaar. Daaronder 119 kleuters, 123 peuters en 55 baby’s.

Harry en zijn ouders worden meteen na aankomst in Sobibor vergast. Hij is dan 13 jaar oud.